Maria Magdalena

Voornaam:
Nieuw op deze site:

           
Elia    Eleonora    Stanislaus    Peerke Donders   

Magdalena
Klik hier voor gratis te downladen telpatroon 48 x 32 kruisjes

Betekenis van de naam Maria Magdalena

De naam Maria heeft in deze site een eigen pagina.
Magdalena is een Hebreeuwse naam en is een afkorting van: 'Maria uit Magdala'. Magdala is een vissersdorp aan het meer van Gennesareth.

Voornamen

Vrouwennamen afgeleid van Magdalena:
Leena; Madeleen; Madeleine (Frans); Madelientje; Madeline (Engels); Madelon (Frans); Magda; Magdaleen; Magdalena; Magdaline; Maggie (Engels).

Maria Magdalena

Maria Magdalena (of Maria van Magdala) is naast Maria de moeder van Jezus één van de belangrijkste vrouwen die in de vier evangelieën voorkomen. Zij is afkomstig van Galilea. Mogelijk behept met een vurig karakter overeenkomstig haar landsaard. Haar bijnaam "van Magdala" maakt duidelijk dat zij afkomstig is uit een vissersdorp aan het meer van Gennesaret met die naam. Waarschijnlijk is zij niet onbemiddeld getuige de ondersteunende rol die zij vervult bij de groep die Jezus met zijn volgelingen vormt.
Verder weten we uit Lucas: 8,2 dat ze bezeten is geweest door zeven demonen waarvan Jezus haar heeft genezen.
Lucas 8, 1-3:
Kort daarop begon hij rond te trekken van stad tot stad en van dorp tot dorp om het goede nieuws over het koninkrijk van God te verkondigen. De twaalf vergezelden hem, en ook enkele vrouwen die van boze geesten en ziekten genezen waren: Maria uit Magdala, bij wie zeven demonen waren uitgedreven, Johanna, de vrouw van Chusas, de rentmeester van Herodes, en Susanna - en nog tal van anderen, die uit hun eigen middelen voor hen zorgden.


Het moet een erg onprettige ervaring zijn om bezeten te zijn door boze geesten of demonen. Je hebt jezelf niet in de hand maar wordt door "machten van buitenaf" geleefd en dus is het goed te begrijpen dat Maria van Magdala bijzonder blij is door Jezus uit die toestand genezen te zijn. Daarom sluit ze zich spontaan bij Hem aan en blijft ze voor de stoffelijke verzorging van de groep zorgen, samen met enkele andere vrouwen zoals we bijvoorbeeld lezen in Mattheüs:

Mattheüs 27, 55:
Vele vrouwen, die Jezus vanuit Galilea gevolgd waren om voor hem te zorgen, stonden van een afstand toe te kijken. Onder hen bevonden zich Maria uit Magdala, Maria de moeder van Jakobus en Josef, en de moeder van de zonen van Zebedeüs.


Verder vernemen we weinig in de evangeliën over Maria Magdalena. Ze komt pas weer tevoorschijn bij de kruisiging en graflegging van Jezus.
Zo lezen we bij Marcus:
Marcus 15, 40-49:
Van een afstand keken ook enkele vrouwen toe, onder wie Maria uit Magdala en Maria, de moeder van Jakobus de jongere en van Joses, en Salome. Toen hij in Galilea verbleef, waren deze vrouwen hem gevolgd en hadden ze voor hem gezorgd, net als vele andere vrouwen die met hem waren meegereisd naar Jeruzalem.

Johannes, de enige man die onder het kruis staat, noemt nog andere vrouwen die Jezus óók trouw zijn gebleven als Hij aan het kruis hangt en sterft.
Johannes 19,25-27:
Bij het kruis van Jezus stonden zijn moeder met haar zuster, Maria, de vrouw van Klopas, en Maria uit Magdala. Toen Jezus zijn moeder zag staan, en bij haar de leerling van wie hij veel hield, zei hij tegen zijn moeder: 'Dat is uw zoon,' en daarna tegen de leerling: 'Dat is je moeder.' Vanaf dat moment nam die leerling haar bij zich in huis.

De graflegging lezen we bij Matteüs:
Matteüs 27, 57 - 61
Toen de avond gevallen was, arriveerde er een rijke man die uit Arimatea afkomstig was. Hij heette Josef en was ook een leerling van Jezus geworden. Hij meldde zich bij Pilatus en vroeg hem om het lichaam van Jezus. Hierop gaf Pilatus bevel het aan hem af te staan. Josef nam het lichaam mee, wikkelde het in zuiver linnen en legde het in het nieuwe rotsgraf dat hij voor zichzelf had laten uithouwen. Toen rolde hij een grote steen voor de ingang van het graf en vertrok. Maria uit Magdala en de andere Maria bleven achter, ze waren tegenover het graf gaan zitten.

De meest duidelijke plek neemt Maria Magdalena echter in bij de zo genaamde verrijzenis-verhalen. Bij alle vier de evangelisten is zij één van de bij name genoemde vrouwen die als eerste de verrezen Christus te zien krijgen. Vooral Johannes' versie is door de eeuwen heen talloze malen opnieuw verteld en uitgebeeld .
Johannes 20:
Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was, kwam Maria uit Magdala bij het graf. Ze zag dat de steen van de opening van het graf was weggehaald. Ze liep snel terug naar Simon Petrus en de andere leerling, van wie Jezus veel hield, en zei: "Ze hebben de Heer uit het graf weggehaald en we weten niet waar ze hem nu neergelegd hebben". Petrus en de andere leerling gingen op weg naar het graf. Ze liepen beiden snel, maar de andere leerling rende vooruit, sneller dan Petrus, en kwam als eerste bij het graf. Hij boog zich voorover en zag de linnen doeken liggen, maar hij ging niet naar binnen. Even later kwam Simon Petrus en hij ging het graf wel in. Ook hij zag de linnen doeken, en hij zag dat de doek die Jezus' gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek. Toen ging ook de andere leerling, die het eerst bij het graf gekomen was, het graf in. Hij zag het en geloofde. Want ze hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat hij uit de dood moest opstaan. De leerlingen gingen terug naar huis.
Maria stond nog bij het graf en huilde. Huilend boog ze zich naar het graf, en daar zag ze twee engelen in witte kleren zitten, een bij het hoofdeind en een bij het voeteneind van de plek waar het lichaam van Jezus had gelegen. "Waarom huil je?" vroegen ze haar. Ze zei: "Ze hebben mijn Heer weggehaald en ik weet niet waar ze hem hebben neergelegd." Na deze woorden keek ze om en zag ze Jezus staan, maar ze wist niet dat het Jezus was. "Waarom huil je?" vroeg Jezus. "Wie zoek je?" Maria dacht dat het de tuinman was en zei: "Als u hem hebt weggehaald, vertel me dan waar u hem hebt neergelegd, dan kan ik hem meenemen." Jezus zei tegen haar: "Maria!" Ze draaide zich om en zei: ‘Rabboeni!’ (Dat betekent 'meester'.) "Houd me niet vast," zei Jezus. "Ik ben nog niet opgestegen naar de Vader. Ga naar mijn broeders en zusters en zeg tegen hen dat ik opstijg naar mijn Vader, die ook jullie Vader is, naar mijn God, die ook jullie God is." Maria uit Magdala ging naar de leerlingen en zei tegen hen: "Ik heb de Heer gezien!" En ze vertelde alles wat hij tegen haar gezegd had.

Ook de opdracht om aan de leerlingen het Goede Nieuws te gaan brengen vinden we terug bij alle evangelisten. Hiermee is Maria van Magdela de eerste Verkondiger, de 'Apostel der Apostelen', zoals diverse Kerkvaders haar later zullen noemen. (zie tekst hierboven)

Beeldvorming

In de Middeleeuwen wordt een beeld van Maria Magdalena geconstrueerd aan de hand van verschillende evangelische verhalen waarin, al dan niet bij name genoemde, vrouwen een belangrijke rol spelen.

Zo wordt de eerste getuige van de Opstanding gekoppeld aan de 'zondares van Bethanië'


Marcus 14,3-9:
Toen hij in Betanië in het huis van Simon - degene die aan huidvraat had geleden - aanwezig was bij een feestmaal, kwam er een vrouw binnen. Ze had een albasten flesje bij zich dat gevuld was met zeer kostbare, zuivere nardusolie. Ze brak het flesje en goot de olie uit over zijn hoofd. Sommige aanwezigen zeiden geërgerd tegen elkaar: "Waar is deze verkwisting goed voor? Die olie had immers voor meer dan driehonderd denarie verkocht kunnen worden, en dat geld hadden we aan de armen kunnen geven." Ze voeren tegen haar uit. Maar Jezus zei: "Laat haar met rust, waarom vallen jullie haar lastig? Ze heeft iets goeds voor mij gedaan. Want de armen zijn altijd bij jullie, en jullie kunnen weldaden aan hen bewijzen wanneer je maar wilt, maar ik zal niet altijd bij jullie zijn. Wat ze kon, heeft ze gedaan: ze heeft mijn lichaam nu al met olie gebalsemd, met het oog op mijn begrafenis. Ik verzeker jullie: waar ook maar ter wereld het goede nieuws verkondigd wordt, zal ter herinnering aan haar verteld worden wat zij heeft gedaan."


Zoals boven reeds vermeld beschrijft Lucas haar als iemand waaruit Jezus duivels heeft gedreven (8,1-3). Dit maakt het beeld van Maria Magdalena voor de Middeleeuwse gelovige niet rooskleuriger.

Onderstaande tekst uit Johannes heeft ertoe geleid dat men ook is gaan denken dat Maria Magdalena dezelfde Maria is die in deze tekst en elders wordt genoemd samen met haar zuster Martha en haar broer Lazarus. Erg waarschijnlijk is dat volgens tekstcritici niet.



Joh. 12,1-8:
Zes dagen voor Pesach ging Jezus naar Betanië, naar Lazarus die hij uit de dood had opgewekt. Daar hield men ter ere van hem een maaltijd; Marta bediende, en Lazarus was een van de mensen die met hem aanlagen. Maria nam een kruikje kostbare, zuivere nardusolie, zalfde de voeten van Jezus en droogde ze af met haar haar. De geur van de olie trok door het hele huis. Judas Iskariot, een van de leerlingen, degene die hem zou uitleveren, vroeg: "Waarom is die olie niet voor driehonderd denarie verkocht om het geld aan de armen te geven?" Dat zei hij niet omdat hij zich om de armen bekommerde – hij was een dief: hij beheerde de kas en stal eruit. Maar Jezus zei: "Laat haar, ze doet dit voor de dag van mijn begrafenis; de armen zijn immers altijd bij jullie, maar ik niet."


Legenden

Naast het vertekende beeld dat in de middeleeuwen ontstaat van Maria van Magdala, wordt dit beeld in die eeuwen ook 'verrijkt' met vele legenden rond deze Evangelische Vrouw.



Zo wordt in: "In Vita Eremetica beatæ Mariæ Magdalenæ (9e eeuw)" het leven van Maria van Magdala na Jezus' hemelvaart beschreven. Daarin leeft zij de laatste dertig jaren van haar leven als kluizenaar in de Egyptische woestijn, met als enig voedsel dat wat de engelen haar brengen en als enige bescherming haar inmiddels meterslange haar. Als uiteindelijk een priester haar vindt, wordt zij door de engelen ten hemel opgenomen.



Andere legenden vertellen dat Maria van Magdala door de Joden verstoten is en ze per schip, met verschillende reisgenoten, naar Marseille is gevaren. Van daaruit zou ze in Europa missiereizen hebben ondernomen. Dit verhaal wordt zelfs in het Martyrologium Romanum vermeld!

Apocriefe teksten

Femistische theologen doen graag een beroep op de apocriefe teksten uit het begin van onze jaartelling. De belangrijksten zijn: het Evangelie van Maria Magdalena en het Evangelie van Filippus. In beide evangeliën wordt Maria als gelijke onder de apostelen getekend, en zelfs als een uitverkoren leerling die meer 'kennis' van de Heer bezit dan de anderen.

Een tendentieus vertaalde passage uit het Evangelie van Fillipus heeft geleid tot het breed gedragen idee dat Maria en Jezus een seksuele relatie met elkaar onderhielden. Dan Browns The Da Vinci Code is hier het bekendste voorbeeld van.

Patroonheilige

Omdat bij het aannemen van Magdalena als patrones dikwijls het vervormde beeld voor ogen stond, is het nu soms een beetje twijfelachtig haar als zodanig aan te merken.
Zo werd (of wordt) zij aangeroepen als patrones van drogisten (zalfpot); hoveniers (ontmoeting met de tuinman); kuipers; loodgieters; boetelingen en dolende vrouwen.
Ook werd zij aangeroepen tegen pest; wratten; zweren; en insectenplagen.

Gedachtenis viering

Op 22 juli wordt haar gedachtenis gevierd.

Martyrologium Romanum

Undécimo Kaléndas Augústi:
Apud Massíliam, in Gállia, natális sanctæ Maríæ Magdalénæ, de qua Dóminus ejécit septem dæmónia, et quæ ipsum Salvatórem a mórtuis resurgéntem príma vidére méruit.

Romeins Martelaarsboek

Te Marseille in Frankrijk de geboortedag (ten hemel) van de heilige Magdalena, bij wie onze Heer zeven duivelen uitdreef, en die werd uitgekozen om als eerste de uit de dood verrezen Heer te ontmoeten.

Literatuur

  • Butler H.L., Heiligen Levens pag. 102;
  • Jo Claes e.a.: Sanctus, meer dan 500 heiligen herkennen, pag. 286;
  • Clemen Jöckle: Heiligen van Alle Tijden, pag. 308.
  • Afbeelding

    magdalena
    Klik hier voor gratis te downladen telpatroon 32 x 24 kruisjes


    In de kunst wordt Maria Magdalena het meest afgebeeld met attributen die met zonden, bekering en vergeving te maken hebben: lange haren, naaktheid, schedels, olie, woestijn, enzovoorts. Deze komen dus uit de legenden of de dubieuze interpretatie van Magdalena als bekeerde zondares (vaak zelfs als prostituee).

    De zalfpot, open of gesloten, die dikwijls op afbeeldingen te vinden is duidt op het bezoek van Magdalena aan het graf om het lijk van Jezus te balsemen. Maar kan ook slaan op de zondares die de voeten van Jezus zalft.

    Naar waarheid zijn in ieder geval de afbeeldingen met het Heilig Kruis, het Lege graf of de ontmoeting met de tuinman omdat Magdalena volgens de Heilige Schrift zowel bij de kruisiging als de graflegging aanwezig was en als eerste de Verrezen Heer ontmoette en hem aanzag voor de tuinman.






    Bronzen plaquette van Egino Weinert
    (doorklikken "Namenspatronale" en letter M)


    Links

  • Heiligen Net
  • Op de Duitstalige site Heiligenlexicon meer informatie over Maria Magdalena, met afbeeldingen.
  • Veel afbeeldingen op deze site.
  • Over de plaats van Magdalena in de feministische theologie
  • Een uitvoerige site.